de patiënt
‘Ik heb wat in het
ziekenhuis gelegen’
De ras-Amsterdamse Ineke Bartman was zeven toen ze hoorde dat ze diabetes type 1 had. Dat is nu zeventig jaar geleden. Daar bleef het niet bij, maar ze is een optimist: “Een dag niet gelachen, is een dag niet geleefd.”
Tekst: Kim Muntenaar- Foto: Gerritjan Huinink
“Als kind lustte ik niks en at ik slecht. Dus toen ik na de gele koorts en de A-griep op mijn zesde ineens de hele tijd trek had, waren mijn ouders gelijk gealarmeerd. Mijn vader was immers al diabetespatiënt. Hij huilde toen ze me voor een langdurige opname naar het Emma Kinderziekenhuis brachten. De bezoektijden waren in die tijd heel beperkt en ik vond het vreselijk zonder mijn ouders. Gelukkig had ik Doppie, oftewel dokter Fideldij Dop. Hij is tot mijn twintigste mijn kinderarts geweest, een fantastische man, die er echt voor de kinderen was.
Later heb ik in Amsterdam UMC altijd geluk gehad met vaste zorgverleners. Dat maakte veel uit, want het ging met mijn gezondheid allemaal niet van een leien dakje. Ik kon moeilijk kinderen krijgen en eenmaal zwanger heb ik vanwege de diabetes zeven maanden opgenomen gelegen. Nog weer later kreeg ik neuropathie, reuma en artritis en volgden meerdere operaties. Ik heb wat in het ziekenhuis gelegen. Toch klaag ik niet, daar schiet je niks mee op. Met gezond leven, fit blijven en een positieve instelling kom je veel verder.
Als je al zolang meeloopt, raak je betrokken bij de mensen die in het ziekenhuis werken. Je kent de gastvrouwen, de verpleegkundigen en ik ben blij met al mijn artsen, maar met mijn huidige internist Gabor Linthorst heb ik een speciale band. We kennen elkaar al zowat twintig jaar, delen ons gevoel voor humor en zijn allebei gek op Ajax. Hij nodigde me uit om mijn verhaal te vertellen aan artsen en studenten. Mijn boodschap was en is: ‘Je hebt niet genoeg aan een half woord. Luister goed naar de patiënt, dan kom je meer te weten.” •
Jouw patiënt in DNA?
Mail dnaredactie@amsterdamumc.nl
De ras-Amsterdamse Ineke Bartman was zeven toen ze hoorde dat ze diabetes type 1 had. Dat is nu zeventig jaar geleden. Daar bleef het niet bij, maar ze is een optimist: “Een dag niet gelachen, is een dag niet geleefd.”
“Als kind lustte ik niks en at ik slecht. Dus toen ik na de gele koorts en de A-griep op mijn zesde ineens de hele tijd trek had, waren mijn ouders gelijk gealarmeerd. Mijn vader was immers al diabetespatiënt. Hij huilde toen ze me voor een langdurige opname naar het Emma Kinderziekenhuis brachten. De bezoektijden waren in die tijd heel beperkt en ik vond het vreselijk zonder mijn ouders. Gelukkig had ik Doppie, oftewel dokter Fideldij Dop. Hij is tot mijn twintigste mijn kinderarts geweest, een fantastische man, die er echt voor de kinderen was.
Later heb ik in Amsterdam UMC altijd geluk gehad met vaste zorgverleners. Dat maakte veel uit, want het ging met mijn gezondheid allemaal niet van een leien dakje. Ik kon moeilijk kinderen krijgen en eenmaal zwanger heb ik vanwege de diabetes zeven maanden opgenomen gelegen. Nog weer later kreeg ik neuropathie, reuma en artritis en volgden meerdere operaties. Ik heb wat in het ziekenhuis gelegen. Toch klaag ik niet, daar schiet je niks mee op. Met gezond leven, fit blijven en een positieve instelling kom je veel verder.
Als je al zolang meeloopt, raak je betrokken bij de mensen die in het ziekenhuis werken. Je kent de gastvrouwen, de verpleegkundigen en ik ben blij met al mijn artsen, maar met mijn huidige internist Gabor Linthorst heb ik een speciale band. We kennen elkaar al zowat twintig jaar, delen ons gevoel voor humor en zijn allebei gek op Ajax. Hij nodigde me uit om mijn verhaal te vertellen aan artsen en studenten. Mijn boodschap was en is: ‘Je hebt niet genoeg aan een half woord. Luister goed naar de patiënt, dan kom je meer te weten.” •
Jouw patiënt in DNA?
Mail dnaredactie@amsterdamumc.nl
Tekst: Kim Muntenaar- Foto: Gerritjan Huinink
‘Ik heb wat in het
ziekenhuis gelegen’
de patiënt