Sociale veiligheid
Praten over
elkaars grenzen
Wanneer gaat een stevige grap de grens van een collega over? Hoe geef je als senior chirurg feedback die zowel leerzaam als respectvol is? Deze gevoelige thema’s werden op de afdelingen Neurochirurgie en Heelkunde vorig jaar besproken in een reeks dialoogsessies. “We houden nu meer rekening met elkaar.”
Tekst: Stijn Dunk - Foto’s: Martijn Gijsbertsen
“Ik kwam een kamer binnen met allemaal mannelijk collega’s”, vertelt neurochirurg Mariam Slot. “Er was geen stoel en één zei: ‘Kom maar bij mij op schoot zitten’. Ik vond het een beetje kinderachtig, maar trok me er verder niet veel van aan. Toen ik dit voorbeeld in de dialoogsessies inbracht, vond een mannelijke collega het echt niet kunnen.” Slot had het voorval benoemd als iets dat voor haar viel in het grijze gebied tussen goed en fout. Qua grensoverschrijdend gedrag op de eigen afdeling. “Dat een mannelijke collega het helemaal zwart vond, was voor mij verhelderend. Ik realiseerde me dat ik niet snel van slag ben, maar iemand anders in dezelfde situatie misschien wel.”
Het is de formule van de dialoogsessies: al pratend met collega’s over concrete voorbeelden nader tot elkaar komen over wat als gewenst en ongewenst gedrag ervaren wordt. Welke verschillende waarden en normen spelen hierin een rol. En welke afspraken en verbeteracties kunnen daarbij helpen? Hoogleraar Klinische Ethiek Support Bert Molewijk (zie foto) bracht deze methode samen met zijn team en met Ombuds- en Vertrouwenszaken als pilot naar de werkvloer van de afdelingen Neurochirurgie en Heelkunde. “Duurzame sociale veiligheid bereik je niet alleen door incidenten te bestraffen, maar bovenal door er open met elkaar over te spreken”, stelt hij. “Waar schuurt het in het grijze gebied tussen goed en fout? Hoe kun je daarbinnen rekening houden met elkaar?”
Seksistische opmerkingen
Dankzij de innovatiesubsidie DARE2DIALOGUE van Amsterdam UMC worden de sessies binnenkort voortgezet op vier andere klinische afdelingen. Het team van Molewijk brengt de inzichten en succesvolle verbeteracties door wetenschappelijk onderzoek systematisch in kaart, zodat het ziekenhuis er als organisatie ervan kan leren. “Ik denk zeker dat ook andere afdelingen baat kunnen hebben bij deze aanpak”, stelt Peter Vandertop, afdelingshoofd Neurochirurgie. “De dialogen hebben verhelderend gewerkt bij ons.”
I
‘Kom maar bij mij op schoot zitten’
“Het was soms ook harder nodig dan ik dacht”, stelt Vandertop. “Ik denk dat wij in het algemeen een veilig werk- en leerklimaat hebben. Maar ik was geschrokken dat er anno 2023 nog seksistische opmerkingen gemaakt worden in de OK. Dat vind ik verschrikkelijk.” Een vrouwvriendelijke omgeving is voor Vandertop in de 25 jaar dat hij de leiding had altijd belangrijk geweest. “Ik probeer uit te stralen dat iedereen hier gelijk is. In het bijzonder ben ik gesteld op respect naar vrouwen. Toen ik hier net werkte, liep ik een assistentenkamer binnen en zag op een screensaver een dame met blote borsten. ‘Dat kan niet in een ziekenhuis, jongens’, heb ik ze heel duidelijk gemaakt. “Zij stonden er niet bij stil dat ook vrouwelijke assistenten, verpleegkundigen en artsen die kamer inliepen.”
Maatschappelijke trend
De tijden zijn veranderd: een nieuwe generatie aiossen en coassistenten loopt in het ziekenhuis rond: zij hechten extra veel waarde aan goede verhoudingen op het werk. De maatschappelijke discussie over #MeToo en breder over sociale veiligheid heeft in Amsterdam UMC de aandacht voor de grenzen van gedrag sterk vergroot. Zo is in 2022 ziekenhuisbreed de #zouikwatzeggen app geïntroduceerd waarmee medewerkers en studenten laagdrempelig incidenten kunnen melden. Ook is er een themapagina Sociale veiligheid op Tulp intranet en is er nieuw beleid voor het omgaan met ongewenst gedrag van patiënten en bezoekers. Eerder dit jaar verschenen twee kritische publicaties van Follow the Money over de werkverhoudingen op de afdeling Anesthesiologie. Het is belangrijk om die geluiden serieus te nemen en er waar mogelijk van te leren, aldus rvb-leden Hans van Goudoever en Karen Kruijthof in hun blog op intranet.
“De dialoogsessies sluiten goed aan bij de maatschappelijke aandacht voor het onderwerp”, vindt Paul van Schie, staflid bij Neurochirurgie. “Het goede van de bijeenkomsten was dat bepaalde gewoontes die onbewust waren aan de oppervlakte kwamen. Daardoor realiseer je je beter wat het effect is op een ander. Dan kun je daar beter op letten, zonder dat we elkaar opeens als teddyberen gaan behandelen.”
Twee thema’s die veel terugkeerden in de gesprekken bij Heelkunde en Neurochirurgie: humor en feedback geven. Beiden zijn belangrijk in een werkomgeving die hectisch en heftig is. En waar het de bedoeling is dat je samen leert van de operaties van die dag of nacht. “Humor is ook een manier van overleven”, legt Van Schie uit. “Je werkt onder hoge druk, er zijn regelmatig gewonden en doden. Hoe zwaarder de informatie die je onderling bespreekt, hoe harder een grap kan zijn. Laatst was een man op dinsdagavond van een steiger gevallen. ‘De vrijdagmiddagborrel is vroeg begonnen’, zegt dan een collega. Een coassistent zal zich door deze incrowd humor misschien ongemakkelijk of buitengesloten voelen.”
Hechte familie
Het is goed om meer oog te hebben voor de gevoeligheden van anderen, vinden ze allemaal. Alleen moet dat niet doorslaan naar een sfeer waarin niets meer gezegd kan worden. “Het maken van stevige grappen hoort ook bij de tribe die we als chirurgen zijn”, aldus Slot. Daarom was ze blij dat de senior gespreksleiders en Molewijk als projectleider dit ook zagen: “’Jullie zijn een kleine, hechte familie die elkaar nodig heeft’, werd gezegd en dat klopt.” De dialogen zijn zeker niet bedoeld om geboden en verboden op te tekenen, benadrukt de ethicus. “Het gaat om het stellen van kritische en constructieve vragen. Deelnemers dienen bereid te zijn hun eigen vooronderstellingen over gewenst en ongewenst gedrag te onderzoeken. Om vervolgens samen te zoeken naar omgangsvormen waar zo veel mogelijk mensen zich in kunnen vinden.”
Ook bij het geven van professionele feedback wordt bij Neurochirurgie gezocht naar een balans tussen enerzijds voorzichtigheid en anderzijds de duidelijkheid die hoort bij deze lesmomenten. Bijvoorbeeld bij de overdracht van patiënten van de nachtploeg naar de dagploeg. Daar worden jongere collega’s zoals aiossen soms stevig de les gelezen. “Dat kan vervelend binnenkomen”, herinnert Van Schie zich zijn eigen opleidingstijd. “Je voelt je na een drukke nacht niet op je sterkst.” Tegelijk hoort gezamenlijk evalueren erbij en is het leerzaam, weet hij. Sinds de dialoogsessies probeert Van Schie meer op zijn toon te letten wanneer hij als senior een junior aanspreekt tijdens de overdracht. “Daarnaast heb ik het er vaker achteraf nog één op één even over.”
Tijdgeest
“Feedback geven gebeurt inderdaad soms op een te neerbuigende manier”, weet Slot. “Deels gebeurt dit in de heat of the moment. Maar het kan ook anders. Door het project spreken we er elkaar als stafleden vaker op aan.” Anderzijds moet je als chirurg ook wel tegen een stootje kunnen, vindt ze. “Het is best een heftig vak, je moet beslissingen durven nemen, ruggengraat hebben. Het krijgen van kritiek hoort daarbij. Voor mij was het als aios ook een stimulans om met een goed verhaal te komen.” Afdelingshoofd Vandertop beaamt dit. “We hebben een hoog risicovak. Dan is het belangrijk dat je aan elkaar vraagt: ‘Waarom heb je dat zo gedaan, kon het niet anders?’ Dit wordt de laatste jaren sneller als onveilig ervaren. Je moet mensen meer met handschoentjes aanpakken. Maar het is de tijdsgeest. De dialoogsessies zijn een goede manier om het daar over te hebben. We gaan deze onderwerpen nu zelf verder uitwerken.”
Eén van de voornemens bij Neurochirurgie is om als senior collega vaker je eigen twijfels te uiten: over een bepaalde ingreep of situatie. “Dit kan voor een coassistent of aios helpen zijn eigen kwetsbaarheid te tonen”, denkt Slot. “Zo hoorde ik dat juniors niet altijd durven zeggen dat ze heel moe zijn tijdens een nachtdienst. Ik was verbaasd, omdat ik ze dat regelmatig vraag. Blijkbaar is dit niet genoeg en werkt het als wij als chirurgen ook wel eens verzuchten dat we uitgeput zijn.” Voor Molewijk is dit het ideale scenario: professionals die na de dialoogsessies zelf het stokje overnemen. En actief op zoek gaan naar mogelijkheden om hun eigen werkcultuur te versterken. “Dat is het hele idee.” •
Ethiek Support Amsterdam UMC
Amsterdam UMC beschikt over een gevarieerd aanbod aan Ethiek Support. De Commissie Ethiek geeft (on)gevraagd beleidsadvies, verzorgt het ‘Broodje Ethiek’ met actuele thema’s en organiseert sinds dit jaar de lezingencyclus ‘Ethiek in de Kliniek’. Verder kunnen Amsterdam UMC-medewerkers een Moreel Beraad aanvragen als zij met elkaar een morele vraag of dilemma ervaren in een concrete situatie (‘casus’). Dit kan gaan over het onderzoeken van twijfels – of van verschillen in visie over wat moreel goed is om te doen. Het Moreel Beraad wordt begeleid door getrainde, onafhankelijke gespreksleiders. Daarnaast kun je een ‘ethiek consultatie’ aanvragen: voor afstemming met een ethicus over een specifiek thema. Kijk voor meer informatie op de Intranettegel ‘Ethiek Support’ (Ethiek Support (tulpintranet.nl)) of mail naar ethieksupport@amsterdamumc.nl
DARE2DIALOGUE
De dialoogsessies en de inzet van verbeteracties daarna zijn onder de naam DARE2DIALOGUE ontwikkeld door Ethiek Support Amsterdam UMC & Ombuds- en Vertrouwenszaken. Ze worden begeleid door regiegroepleden Maaike holding, Eva van Baarle, Charlotte Kroger & Marcel Zuijderland. Interesse in de dialoogsessies? Mail dan met Maaike Holding: m.holding@amsterdamumc.nl
Sociale veiligheid
Praten over
elkaars grenzen
Ethiek Support Amsterdam UMC
Amsterdam UMC beschikt over een gevarieerd aanbod aan Ethiek Support. De Commissie Ethiek geeft (on)gevraagd beleidsadvies, verzorgt het ‘Broodje Ethiek’ met actuele thema’s en organiseert sinds dit jaar de lezingencyclus ‘Ethiek in de Kliniek’. Verder kunnen Amsterdam UMC-medewerkers een Moreel Beraad aanvragen als zij met elkaar een morele vraag of dilemma ervaren in een concrete situatie (‘casus’). Dit kan gaan over het onderzoeken van twijfels – of van verschillen in visie over wat moreel goed is om te doen. Het Moreel Beraad wordt begeleid door getrainde, onafhankelijke gespreksleiders. Daarnaast kun je een ‘ethiek consultatie’ aanvragen: voor afstemming met een ethicus over een specifiek thema. Kijk voor meer informatie op de Intranettegel ‘Ethiek Support’ (Ethiek Support (tulpintranet.nl)) of mail naar ethieksupport@amsterdamumc.nl
DARE2DIALOGUE
De dialoogsessies en de inzet van verbeteracties daarna zijn onder de naam DARE2DIALOGUE ontwikkeld door Ethiek Support Amsterdam UMC & Ombuds- en Vertrouwenszaken. Ze worden begeleid door regiegroepleden Maaike holding, Eva van Baarle, Charlotte Kroger & Marcel Zuijderland. Interesse in de dialoogsessies? Mail dan met Maaike Holding: m.holding@amsterdamumc.nl
Wanneer gaat een stevige grap de grens van een collega over? Hoe geef je als senior chirurg feedback die zowel leerzaam als respectvol is? Deze gevoelige thema’s werden op de afdelingen Neurochirurgie en Heelkunde vorig jaar besproken in een reeks dialoogsessies. “We houden nu meer rekening met elkaar.”
Tekst: Stijn Dunk - Foto’s: Martijn Gijsbertsen
“Ik kwam een kamer binnen met allemaal mannelijk collega’s”, vertelt neurochirurg Mariam Slot. “Er was geen stoel en één zei: ‘Kom maar bij mij op schoot zitten’. Ik vond het een beetje kinderachtig, maar trok me er verder niet veel van aan. Toen ik dit voorbeeld in de dialoogsessies inbracht, vond een mannelijke collega het echt niet kunnen.” Slot had het voorval benoemd als iets dat voor haar viel in het grijze gebied tussen goed en fout. Qua grensoverschrijdend gedrag op de eigen afdeling. “Dat een mannelijke collega het helemaal zwart vond, was voor mij verhelderend. Ik realiseerde me dat ik niet snel van slag ben, maar iemand anders in dezelfde situatie misschien wel.”
Het is de formule van de dialoogsessies: al pratend met collega’s over concrete voorbeelden nader tot elkaar komen over wat als gewenst en ongewenst gedrag ervaren wordt. Welke verschillende waarden en normen spelen hierin een rol. En welke afspraken en verbeteracties kunnen daarbij helpen? Hoogleraar Klinische Ethiek Support Bert Molewijk (zie foto) bracht deze methode samen met zijn team en met Ombuds- en Vertrouwenszaken als pilot naar de werkvloer van de afdelingen Neurochirurgie en Heelkunde. “Duurzame sociale veiligheid bereik je niet alleen door incidenten te bestraffen, maar bovenal door er open met elkaar over te spreken”, stelt hij. “Waar schuurt het in het grijze gebied tussen goed en fout? Hoe kun je daarbinnen rekening houden met elkaar?”
Seksistische opmerkingen
Dankzij de innovatiesubsidie DARE2DIALOGUE van Amsterdam UMC worden de sessies binnenkort voortgezet op vier andere klinische afdelingen. Het team van Molewijk brengt de inzichten en succesvolle verbeteracties door wetenschappelijk onderzoek systematisch in kaart, zodat het ziekenhuis er als organisatie ervan kan leren. “Ik denk zeker dat ook andere afdelingen baat kunnen hebben bij deze aanpak”, stelt Peter Vandertop, afdelingshoofd Neurochirurgie. “De dialogen hebben verhelderend gewerkt bij ons.”
I
‘Kom maar bij mij op schoot zitten’
“Het was soms ook harder nodig dan ik dacht”, stelt Vandertop. “Ik denk dat wij in het algemeen een veilig werk- en leerklimaat hebben. Maar ik was geschrokken dat er anno 2023 nog seksistische opmerkingen gemaakt worden in de OK. Dat vind ik verschrikkelijk.” Een vrouwvriendelijke omgeving is voor Vandertop in de 25 jaar dat hij de leiding had altijd belangrijk geweest. “Ik probeer uit te stralen dat iedereen hier gelijk is. In het bijzonder ben ik gesteld op respect naar vrouwen. Toen ik hier net werkte, liep ik een assistentenkamer binnen en zag op een screensaver een dame met blote borsten. ‘Dat kan niet in een ziekenhuis, jongens’, heb ik ze heel duidelijk gemaakt. “Zij stonden er niet bij stil dat ook vrouwelijke assistenten, verpleegkundigen en artsen die kamer inliepen.”
Maatschappelijke trend
De tijden zijn veranderd: een nieuwe generatie aiossen en coassistenten loopt in het ziekenhuis rond: zij hechten extra veel waarde aan goede verhoudingen op het werk. De maatschappelijke discussie over #MeToo en breder over sociale veiligheid heeft in Amsterdam UMC de aandacht voor de grenzen van gedrag sterk vergroot. Zo is in 2022 ziekenhuisbreed de #zouikwatzeggen app geïntroduceerd waarmee medewerkers en studenten laagdrempelig incidenten kunnen melden. Ook is er een themapagina Sociale veiligheid op Tulp intranet en is er nieuw beleid voor het omgaan met ongewenst gedrag van patiënten en bezoekers. Eerder dit jaar verschenen twee kritische publicaties van Follow the Money over de werkverhoudingen op de afdeling Anesthesiologie. Het is belangrijk om die geluiden serieus te nemen en er waar mogelijk van te leren, aldus rvb-leden Hans van Goudoever en Karen Kruijthof in hun blog op intranet.
“De dialoogsessies sluiten goed aan bij de maatschappelijke aandacht voor het onderwerp”, vindt Paul van Schie, staflid bij Neurochirurgie. “Het goede van de bijeenkomsten was dat bepaalde gewoontes die onbewust waren aan de oppervlakte kwamen. Daardoor realiseer je je beter wat het effect is op een ander. Dan kun je daar beter op letten, zonder dat we elkaar opeens als teddyberen gaan behandelen.”
Twee thema’s die veel terugkeerden in de gesprekken bij Heelkunde en Neurochirurgie: humor en feedback geven. Beiden zijn belangrijk in een werkomgeving die hectisch en heftig is. En waar het de bedoeling is dat je samen leert van de operaties van die dag of nacht. “Humor is ook een manier van overleven”, legt Van Schie uit. “Je werkt onder hoge druk, er zijn regelmatig gewonden en doden. Hoe zwaarder de informatie die je onderling bespreekt, hoe harder een grap kan zijn. Laatst was een man op dinsdagavond van een steiger gevallen. ‘De vrijdagmiddagborrel is vroeg begonnen’, zegt dan een collega. Een coassistent zal zich door deze incrowd humor misschien ongemakkelijk of buitengesloten voelen.”
Hechte familie
Het is goed om meer oog te hebben voor de gevoeligheden van anderen, vinden ze allemaal. Alleen moet dat niet doorslaan naar een sfeer waarin niets meer gezegd kan worden. “Het maken van stevige grappen hoort ook bij de tribe die we als chirurgen zijn”, aldus Slot. Daarom was ze blij dat de senior gespreksleiders en Molewijk als projectleider dit ook zagen: “’Jullie zijn een kleine, hechte familie die elkaar nodig heeft’, werd gezegd en dat klopt.” De dialogen zijn zeker niet bedoeld om geboden en verboden op te tekenen, benadrukt de ethicus. “Het gaat om het stellen van kritische en constructieve vragen. Deelnemers dienen bereid te zijn hun eigen vooronderstellingen over gewenst en ongewenst gedrag te onderzoeken. Om vervolgens samen te zoeken naar omgangsvormen waar zo veel mogelijk mensen zich in kunnen vinden.”
Ook bij het geven van professionele feedback wordt bij Neurochirurgie gezocht naar een balans tussen enerzijds voorzichtigheid en anderzijds de duidelijkheid die hoort bij deze lesmomenten. Bijvoorbeeld bij de overdracht van patiënten van de nachtploeg naar de dagploeg. Daar worden jongere collega’s zoals aiossen soms stevig de les gelezen. “Dat kan vervelend binnenkomen”, herinnert Van Schie zich zijn eigen opleidingstijd. “Je voelt je na een drukke nacht niet op je sterkst.” Tegelijk hoort gezamenlijk evalueren erbij en is het leerzaam, weet hij. Sinds de dialoogsessies probeert Van Schie meer op zijn toon te letten wanneer hij als senior een junior aanspreekt tijdens de overdracht. “Daarnaast heb ik het er vaker achteraf nog één op één even over.”
Tijdgeest
“Feedback geven gebeurt inderdaad soms op een te neerbuigende manier”, weet Slot. “Deels gebeurt dit in de heat of the moment. Maar het kan ook anders. Door het project spreken we er elkaar als stafleden vaker op aan.” Anderzijds moet je als chirurg ook wel tegen een stootje kunnen, vindt ze. “Het is best een heftig vak, je moet beslissingen durven nemen, ruggengraat hebben. Het krijgen van kritiek hoort daarbij. Voor mij was het als aios ook een stimulans om met een goed verhaal te komen.” Afdelingshoofd Vandertop beaamt dit. “We hebben een hoog risicovak. Dan is het belangrijk dat je aan elkaar vraagt: ‘Waarom heb je dat zo gedaan, kon het niet anders?’ Dit wordt de laatste jaren sneller als onveilig ervaren. Je moet mensen meer met handschoentjes aanpakken. Maar het is de tijdsgeest. De dialoogsessies zijn een goede manier om het daar over te hebben. We gaan deze onderwerpen nu zelf verder uitwerken.”
Eén van de voornemens bij Neurochirurgie is om als senior collega vaker je eigen twijfels te uiten: over een bepaalde ingreep of situatie. “Dit kan voor een coassistent of aios helpen zijn eigen kwetsbaarheid te tonen”, denkt Slot. “Zo hoorde ik dat juniors niet altijd durven zeggen dat ze heel moe zijn tijdens een nachtdienst. Ik was verbaasd, omdat ik ze dat regelmatig vraag. Blijkbaar is dit niet genoeg en werkt het als wij als chirurgen ook wel eens verzuchten dat we uitgeput zijn.” Voor Molewijk is dit het ideale scenario: professionals die na de dialoogsessies zelf het stokje overnemen. En actief op zoek gaan naar mogelijkheden om hun eigen werkcultuur te versterken. “Dat is het hele idee.” •