de patiënt
‘Ik wil er alles aan doen’
Toen general manager Martijn Bik wist dat hij een tumor in zijn hoofd had, wilde hij dat graag ‘fixen’. Dat bleek lastig, maar Bik profiteert van de voordelen die een academisch ziekenhuis biedt. “Hier is ruimte voor innovatie.”
Tekst: Stijn Dunk - Foto: Gerritjan Huinink
“Ik merkte de tumor voor het eerst op een podium tijdens het toespreken van 150 man. Ik was plotseling even van de wereld. Een korte absence waar niemand iets van merkte, maar het begon zich te herhalen tot wel tien keer per dag. Een MRI toonde de tumor in mijn hoofd. Toen ben ik me meteen gaan verdiepen in verschillende behandelopties in verschillende ziekenhuizen in binnen- en buitenland. Ik reageerde zoals ik op mijn werk doe: hoe kunnen we dit zo snel mogelijk fixen?
Ik kwam terecht bij neurochirurg Philip de Witt Hamer van locatie VUMC. Ik dacht: ‘Met jou kan ik werken’. Hij nam mij op heel persoonlijke wijze mee in het verhaal en alle keuzes daarbinnen. Ik wilde tot in detail weten wat er ging gebeuren. Geen poespas of zieligdoenerij. Philip legde mij uit dat de tumor waarschijnlijk niet volledig weggehaald kon worden. Omdat hij vlak naast een belangrijke ader zit. Ik vertrouwde op zijn expertise, ben altijd honderd procent meegegaan in zijn inhoudelijke beoordeling. Ik vond het moeilijk dat het nu niet helemaal verholpen is, maar wist dat het niet anders kon. Mijn baan als general manager is geen optie meer. Maar ik ben wel gelukkig in staat tot andere dingen, zoals advies geven rond het verbouwen en verkopen van huizen.
Het voordeel van een academisch ziekenhuis is dat er meer ruimte is voor innovatie. Dat is belangrijk voor mij. Ik doe mee aan het Picture Project, waar op basis van duizenden MRI’s met behulp van AI de oncologische behandeling wordt geoptimaliseerd. Je leert daar ook andere patiënten kennen, blijft op de hoogte van de laatste vernieuwingen. Ik slik bovendien het experimenteel medicijn Vorasidenib, dat de groei van de tumor afremt. Ik wil er alles aan doen. Mijn ongeduld was niet altijd even handig als ik in het ziekenhuis lag. ‘Wanneer komt de arts langs om mij te controleren?’, vroeg ik dan. Of: ‘Wanneer kan ik naar huis?’. All-in-all ben ik zeker blij dat ik hier behandeld word. Het heeft mij tot nu toe veel gebracht.” •
Jouw patient in DNA?
Mail dnaredactie@amsterdamumc.nl.
de patiënt
‘Ik wil er alles aan doen’
Toen general manager Martijn Bik wist dat hij een tumor in zijn hoofd had, wilde hij dat graag ‘fixen’. Dat bleek lastig, maar Bik profiteert van de voordelen die een academisch ziekenhuis biedt. “Hier is ruimte voor innovatie.”
Tekst: Stijn Dunk - Foto: Gerritjan Huinink
“Ik merkte de tumor voor het eerst op een podium tijdens het toespreken van 150 man. Ik was plotseling even van de wereld. Een korte absence waar niemand iets van merkte, maar het begon zich te herhalen tot wel tien keer per dag. Een MRI toonde de tumor in mijn hoofd. Toen ben ik me meteen gaan verdiepen in verschillende behandelopties in verschillende ziekenhuizen in binnen- en buitenland. Ik reageerde zoals ik op mijn werk doe: hoe kunnen we dit zo snel mogelijk fixen?
Ik kwam terecht bij neurochirurg Philip de Witt Hamer van locatie VUMC. Ik dacht: ‘Met jou kan ik werken’. Hij nam mij op heel persoonlijke wijze mee in het verhaal en alle keuzes daarbinnen. Ik wilde tot in detail weten wat er ging gebeuren. Geen poespas of zieligdoenerij. Philip legde mij uit dat de tumor waarschijnlijk niet volledig weggehaald kon worden. Omdat hij vlak naast een belangrijke ader zit. Ik vertrouwde op zijn expertise, ben altijd honderd procent meegegaan in zijn inhoudelijke beoordeling. Ik vond het moeilijk dat het nu niet helemaal verholpen is, maar wist dat het niet anders kon. Mijn baan als general manager is geen optie meer. Maar ik ben wel gelukkig in staat tot andere dingen, zoals advies geven rond het verbouwen en verkopen van huizen.
Het voordeel van een academisch ziekenhuis is dat er meer ruimte is voor innovatie. Dat is belangrijk voor mij. Ik doe mee aan het Picture Project, waar op basis van duizenden MRI’s met behulp van AI de oncologische behandeling wordt geoptimaliseerd. Je leert daar ook andere patiënten kennen, blijft op de hoogte van de laatste vernieuwingen. Ik slik bovendien het experimenteel medicijn Vorasidenib, dat de groei van de tumor afremt. Ik wil er alles aan doen. Mijn ongeduld was niet altijd even handig als ik in het ziekenhuis lag. ‘Wanneer komt de arts langs om mij te controleren?’, vroeg ik dan. Of: ‘Wanneer kan ik naar huis?’. All-in-all ben ik zeker blij dat ik hier behandeld word. Het heeft mij tot nu toe veel gebracht.” •
Jouw patient in DNA?
Mail dnaredactie@amsterdamumc.nl.